woensdag 16 oktober 2019

Humor brengt u en anderen rondom u ernstige schade toe


Hegel heeft de reputatie ondoorgrondelijk te zijn. Nu wil ik niet beweren dat ‘Die Auflösung der romantischen Kunstform’ een makkelijke tekst is, maar wel dat het onderwerp, namelijk romantische kunst, dichter bij ons staat, dan op het eerste gezicht lijkt.

Romantische kunst wordt gekenmerkt door een radicale verinnerlijking. Waar in de klassieke kunst binnen en buiten, dat wil zeggen het subject en de buitenwereld, nog wederzijds van elkaar afhankelijk waren, heeft het verinnerlijkte subject in de romantische kunst in zekere zin superioriteit bereikt. De buitenwereld wordt volledig losgelaten.

Om de innerlijke toestand van een subject weer te geven heeft de kunst nog steeds wel ruw materiaal nodig. Dat haalt ze noodgedwongen uit de buitenwereld. Het is met romantische kunst echter zo, dat eender wat uit die buitenwereld dienst kan doen om het innerlijke gemoed van het subject kenbaar te maken. Terwijl de klassieke kunst alleen verheven plaatsen en dingen weergeeft, kan het object van de romantische kunst ieder huis-tuin-en-keukenvoorwerp zijn, zolang het maar de innerlijke toestand van het subject op dat moment weerspiegelt.

Bij nader inzien is dit vrij cartesiaans: al lijkt de romantische kunstenaar een ziek, zwak schepseltje, dat in zijn kunst een laatste strohalm vindt om zijn getormenteerde gemoed te uiten, eigenlijk is hij een superieure subjectieve geest die de uitgebreide dingen in de wereld aan zijn grillen onderwerpt. Hij ziet de dingen dus niet voor vol aan, maar alleen in zoverre hij ze kan gebruiken om zijn eigen innerlijke toestand te beschrijven.

Hegel ziet dat bij uitstek gebeuren bij humor. Denk aan de cabaretier, die alles wat los en vast zit in de wereld gebruikt ten bate van zijn grap, terwijl hij bovendien van de hak op de tak springt: het eerste onderwerp wordt vernietigd door het volgende, dat het liefst haaks staat op het eerste. Dat levert uiteraard in het beste geval iets heel grappigs op, maar er vindt ook een kaalslag plaats onder het allesvernietigende nietsontziende oog van de humor. Alle inhoud raakt als het ware opgelost (Auflösung).

Nu is het aan de filosofie om de door de kunst zelf vrijgekomen inhoud ‘denkend te begrijpen’!

G.W.F. Hegel, “Die Auflösung der romantischen Kunstform“, in Werke in zwanzig Bänden 14. Vorlesungen über die Ästhetik, Suhrkamp, Frankfurt am Main, 1970, pp. 220-242.

Geen opmerkingen :

Een reactie posten